Autocontrole
Wat is de Autocontrolegids (G-026)?
De gids is een door de bakkerijfederatie opgesteld en door het FAVV goedgekeurd hulpmiddel om aan de wettelijk vereisten voor hygiëne, traceerbaarheid en autocontrole te kunnen voldoen. De Autocontrolegids is gebaseerd op de oorspronkelijke HACCP-regelgeving, maar omvat ook de richtlijnen voor goede hygiëne praktijken (GHP), traceerbaarheid en meldingsplicht. Voor een aantal onderdelen van autocontrole (HACCP, gevarenanalyse, flowcharts,…) is het bovendien voldoende om te verwijzen naar de gids (G-026). Voorwaarde in dat geval is natuurlijk dat je de gids ook effectief in je bezit moet hebben.
Zijn er voordelen verbonden aan het auditeren mijn autocontrolesysteem?
Bakkers die beschikken over een gecertificeerd of gevalideerd autocontrolesysteem betalen een kleinere heffing aan het FAVV. Voor de bakkerijen in de detailhandel spreken we dan over de 'Smiley' indien men zich ook laat certificeren. Zij hebben een korting van 75 % op de normale jaarlijkse heffing. Bovendien wordt de controlefrequentie gehalveerd. Dit betekent dat deze bakkers in principe nog om de 6 jaren gecontroleerd worden door het voedselagentschap. (normale controlefrequentie voor bakkerijen is om de 3 jaren). Opgelet ! het certificaat voor de smiley is slechts 3 jaar geldig. er moet dus na de 3 jaren een audit plaatsvinden.
Moet worstenbrood gekoeld bewaard worden?
Ja, alle vleesbereidingen, ook gebakken worstenbrood, moeten gekoeld bewaard worden. De bewaartemperatuur voor bedrijven die hoofdzakelijk rechtstreeks aan de consument verkopen is 7°C in de kern. Worstenbroden die te koop aangeboden worden dienen ofwel gekoeld te zijn (max 7° C) ofwel warm te zijn aan minimum 60° C. Ook voor bedrijven die hoofdzakelijk aan andere bedrijven verkopen is de maximale temperatuur 7°C in de kern.
Val ik onder detailhandel of onder verwerking?
Iedereen die rechtstreeks aan de consument verkoopt valt onder detailhandel. Je kan beperkt leveren aan andere vestigingen ( zowel derden als eigen vestigingen) - afgekort als ‘VEN’s’- en toch in de sector detailhandel blijven indien aan 2 voorwaarden voldaan wordt: 1. De leveringen gebeuren binnen een straal van 80 km. rond de vestiging 2. EN de leveringen aan andere ‘VEN’s’ is beperkt tot 30 % van de omzet OF er wordt geleverd aan maximum 2 bijkomende EIGEN verkooppunten. (eigen VEN’s) Bedrijven in de sector detailhandel hebben recht op versoepelingen. indien niet voldaan wordt aan bovenstaande parameters, zit je in de sector ‘Verwerking’ en vervallen de versoepelingen.
Wat is een OCI?
OCI is de afkorting voor Onafhankelijke Certificeringinstelling. Dit is een onafhankelijk door het FAVV erkend bedrijf dat een audit van je autocontrolesysteem kan uitvoeren en een certificaat uitreiken. Certificering is een niet verplichte en betalende dienst. Wie zijn autocontrolesysteem laat certificeren krijgt evenwel een korting op de heffing van het FAVV.
Wat is meldingsplicht?
Elke bakker is verplicht het FAVV onmiddellijk in te lichten wanneer je denkt dat een product dat je ontvangen, geproduceerd of verkocht hebt, schadelijk kan zijn voor de gezondheid. Breng je lokale controle-eenheid (LCE) op de hoogte - eerst telefonisch; EN - daarna per e-mail of fax via het meldingsformulier (www.favv.be > Professionelen > Meldingsplicht) Verwittig indien nodig alle klanten die het product gekocht of geconsumeerd hebben.
Ben ik verplicht om de autocontrolegids te kopen?
Neen, je bent niet verplicht om de gids te kopen, maar je bent wél verplicht de gids in je bezit te hebben. Ieder bedrijf moet een autocontrolesysteem (ACS) opstarten en toepassen. De gids is hiervoor een belangrijk hulpmiddel. Leden van Bakkers Vlaanderen kunnen de gids gratis ophalen op het secretariaat in Berchem of downloaden op onze site.
Wat is een voltijdse equivalent?
Een voltijdse equivalent is een werknemer die voltijds werkt of het equivalent daarvan. Bijvoorbeeld: 2 halftijdse werknemers worden beschouwd als 1 voltijdse. Praktijkvoorbeeld: je heb 7 mensen in dienst. 2 werken voltijds, 2 halftijds en 3 werken 1/3e. Dan heb je 7 werknemers, maar 4 voltijdse equivalenten. Dit is belangrijk voor de berekening van de heffing door het FAVV.
Wat is het verschil tussen een inspectie en een audit van je autocontrolesysteem?
Inspecties en een audits lijken op elkaar, maar er zijn belangrijke verschillen. Audits hebben als doel je autocontrolesysteem te laten certificeren of valideren en gebeuren altijd op vraag van de bakker. Audits zijn altijd betalend. Inspecties daarentegen gebeuren op initiatief van het FAVV en onaangekondigd. Afhankelijk van de sector en de risico’s voor de voedselveiligheid heeft het FAVV vastgelegd hoeveel inspecties er in een bepaalde sector gedaan moeten worden. Máár inspecties kunnen los daarvan ook om andere, meer specifieke, redenen gebeuren bijvoorbeeld na een klacht.
Brood
Aan welke wettelijke bepalingen moet een desembrood voldoen?
Volgens de Belgische wetgeving mag je brood ‘desem’ noemen van zodra er desem in zit, hoe weinig ook. Je moet het gebruikte percentage desem wel verplicht (kunnen) vermelden. Desembrood met bakkersgist en desempoeder, puur voor de desemsmaak is volgens heel wat bakkers geen authentieke manier van desembrood maken, omdat het desempoeder alleen wordt toegevoegd voor de smaak – terwijl desem normaal (een deel van) de gist vervangt. Er is inderdaad een wezenlijk verschil, het belangrijkste is dat je hierover eerlijk bent tegen jouw klant – anders ben je in strijd met de wetgeving rond misleidende reclame.
Hoeveel rogge moet er in roggebrood?
Anders dan je zou vermoeden heeft de wetgever hier geen percentages voor vastgelegd. Wel is het volgende van toepassing voor de naamgeving: De wet op de eerlijke handelspraktijken verbiedt een misleidende naamgeving. Een roggebrood met 10% roggebloem zou je dus als misleidend kunnen bestempelen.
De broodwet stelt het nog duidelijker. Wanneer een bloemmengsel gebruikt wordt dan moeten de verschillende bloemsoorten in afnemende volgorde, volgens hoeveelheid, in de benaming zitten. Een brood dat voor 60% uit rogge- en 40% tarwebloem bestaat, heet dus een rogge-tarwebrood. Wanneer meel van meerdere graansoorten gebruikt wordt, moeten ze vermeldt worden in afnemende volgorde van belangrijkheid waarin ze in het mengsel voorkomen. Indien een mengsel van tarwe- en roggemeel gebruikt wordt, mogen de benamingen aangevuld worden met het woord "masteluin".
Warm brood snijden een goed idee?
Het correct afkoelen van brood is een noodzakelijk onderdeel van de broodproductie. Belangrijk om rekening mee te houden als je brood snijdt. Zonder afkoeling wordt een brood veel sneller oudbakken.
Wanneer een brood afkoelt verdwijnt er vocht uit het brood. Ongesneden blijft er meer vocht in het brood dan wanneer het al in sneetjes gesneden is. In sneetjes verdampt er meer vocht waardoor het brood minder lang vers blijft en de korst minder krokant wordt. Bovendien bestaat de kans dat wanneer je het warm gesneden brood in de broodzak steekt de sneetjes aan elkaar zullen kleven.
Broodtip! Het beste resultaat verkrijg je door brood 2 tot 3 uur te laten afkoelen in een ruimte van 20°C tot 25°C. Kortom, brood snijden wanneer het warm is komt de productkwaliteit niet ten goede.
Aan welke vereisten moet een broodzak voldoen?
Een broodzak en taartdoos moeten geschikt zijn voor de bewaring van voedsel. Dit moet vermeld staan op de verpakking. Dit kan door de tekst ‘geschikt voor levensmiddelen of door bijgevoegd logo. Het materiaal waaruit ze vervaardigd zijn, moet voorkomen dat de producten besmet kunnen geraken.
Hoeveel moet een brood volgens de wet wegen?
Dat bepaalt je als bakker zelf. Elk product dat de ingrediënten van brood bevat mag onder die naam verkocht worden. Ongeacht het gewicht. Je mag met andere woorden nog altijd broden van 400 g, 600 g en 800 g verkopen, maar ook broden met een ander gewicht.
Hoe duid ik mijn broodprijzen aan?
De broden dienen niet alleen een stukprijs, maar ook een prijs per kilogram en een juiste benaming te hebben. Logischerwijs wordt hierbij ook het gewicht van het brood aangeduid. De prijs moet bovendien duidelijk leesbaar en ondubbelzinnig zijn en zich op de betreffende producten, op de verpakking of in de nabijheid van het producten vinden. Een correcte prijsaanduiding zou bijvoorbeeld zijn: Volkorenbrood € 2,20 - 800 gram (€ 2,64/kg).
Wie bepaalt de broodprijs?
Elke bakker bepaalt zelf de prijs van zijn producten. Vroeger stelde de overheid een maximumprijs in, maar deze is sinds 1 juli 2004 afgeschaft. Vandaag kan je als bakker een eerlijke prijs vragen die in verhouding staat tot de kosten en het verrichte werk.
Wat is een merkbrood?
- Het brood moet een duidelijke benaming dragen en opvallend op de broodzak vermeld worden
- De mix mag een 50% mix of 100% mix zijn (er mag dus maximaal evenveel bloem toegevoegd worden als de hoeveelheid mix)
- Er mag enkel bloem, gist, water en eventueel zout toegevoegd zijn. Geen andere grondstoffen.
- Er dienen steeds broodzakken toegevoegd te worden bij iedere levering van mix voor merkbroden.
- De producent dient een aanvraagdossier in te dienen bij de Nationale Confederatie van de Brood en Banketbakkers P/A Iepersestraat 469, 8800 Roeselare om hun product te laten erkennen
- De levering van broodzakken en eventuele publiciteitsartikelen dienen afzonderlijk gefactureerd te worden tegen normale kostprijs
- Alle ontwikkelingskosten, algemene promotiekosten, kosten voor een goed doel, of andere kosten dienen in de prijs van de mix begrepen te zijn.
- Op de factuur dient na de omschrijving van de mix de term ‘mix voor merkbrood’ toegevoegd te worden
Energiecrisis
Tijdelijke werkloosheid energie inroepen?
Vanaf 1 oktober 2022 tot en met 31 maart 2023 kunnen werkgevers beroep kunnen doen op een nieuwe vorm van tijdelijke werkloosheid - energie.
De tijdelijke werkloosheid kan aangevraagd worden voor arbeiders en voor bedienden.
Wil je als werkgever beroep doen op deze vorm van tijdelijke werkloosheid, dan dien je
- te bewijzen dat je een energie-intensief bedrijf bent;
- een voorafgaande meldingsprocedure na te leven.
Vormen van tijdelijke werkloosheid energie?
Afhankelijk van de concrete noodzaak kan je een regeling van volledige schorsing (= volledige stopzetting van de arbeidsprestaties) of van gedeeltelijke arbeid invoeren.
- volledige schorsing: voor maximum 4 weken (weliswaar onmiddellijk verlengbaar zonder verplichte werkweek, telkens voor 4 weken en uiterlijk tot en met 31.12.2022)
- gedeeltelijke arbeid: minder dan 3 arbeidsdagen per week of minder dan 1 arbeidsweek per 2 weken: voor maximum 3 maanden.
Opgelet: het is in deze regeling niet mogelijk om een regeling van gedeeltelijke arbeid met minstens 3 arbeidsdagen per week of minstens 1 arbeidsweek per 2 weken in te voeren.
Kan ik zomaar veranderen van energieleverancier?
Gezinnen, zelfstandigen en kleine kmo’s met een jaarlijks energieverbruik van minder dan 100.000 kWh elektriciteit of gas kunnen op elk moment gratis veranderen van energieleverancier. Men moet dan enkel rekening houden met een opzegtermijn van één maand. kmo’s met elektriciteits- of aardgasverbruik boven deze drempelwaarde moeten de contractuele voorwaarden inzake o.a. opzegtermijn en verbrekingsvergoeding respecteren. Sommige energieleveranciers rekenen wel de volledige jaarlijkse vaste vergoeding (administratieve- en ander kosten) aan, ook als je minder dan een jaar klant blijft. Hou daar dus rekening mee als je van leverancier wil veranderen.
Kunnen wij overtollige stroom van zonnepanelen verkopen of energie delen met buur-kmo’s?
Sinds 2022 kunnen eigenaars van zonnepanelen in Vlaanderen stroom verkopen/delen. Er zijn echter heel wat voorwaarden, zo moet je een digitale meter hebben, en elke locatie/deelnemer moet een contract hebben bij dezelfde elektriciteitsleverancier. Je vraagt bij jouw leverancier best na of er specifieke voorwaarden aan het energiedelen of de persoon-aan-persoon-verkoop verbonden zijn.
Mag de energieleverancier een waarborg vragen bij het afsluiten van een energiecontract?
Ja, dat mag. Sommige leveranciers vragen een waarborg omdat ze oordelen dat er bij de potentiële klant een bepaald risico op toekomstige betalingsproblemen is. Door een waarborg te vragen, bouwt de leverancier meer zekerheden in voor het geval er betalingsproblemen zouden zijn.De energieleverancier moet duidelijk maken wat het bedrag van de waarborg is (bijvoorbeeld enkele maanden verbruik). Hij moet ook meedelen wanneer de waarborg zal terugbetaald worden (bijvoorbeeld één maand na de slotfactuur). De waarborg wordt enkel volledig terugbetaald als alle energiefacturen betaald zijn. Indien je in gebreke blijft, wordt de waarborg gebruikt om de openstaande facturen en bijkomende kosten te betalen. De waarborg wordt op een geblokkeerde rekening gestort.
Wat als ik mijn energiefacturen niet meer kan betalen?
De sterk gestegen energieprijzen wegen op het bedrijfsresultaat van veel ondernemingen. Zowel de periodieke voorschotfacturen als de afrekeningen kunnen uit grote bedragen bestaan waarvan je misschien niet meer weet of en hoe je ze kan betalen. Als je vaststelt dat je jouw energiefactuur niet meer kan betalen, neem dan contact op met jouw energieleverancier. Dat doe je best nog voor de betalingstermijn van de energiefactuur verstreken is. Daarna kan het mogelijk te laat zijn om nog tot een oplossing te komen.
Als je tijdig contact opneemt met je energieleverancier, kan deze je uitstel tot betaling verlenen en eventueel een afbetalingsplan voorstellen. Energieleveranciers zijn niet verplicht om deze mogelijkheden te voorzien, maar hebben daar normaal gezien wel oren naar. Of men al dan niet uitstel van betaling of een afbetalingsplan wil aanvaarden zal ook functie zijn van de grootte van het verschuldigde bedrag, jouw historiek als klant, en een eventuele kredietwaardigheidscheck. Voor sommige ondernemers komt de energiefactuur bovenop stijgende loon- en grondstofkosten. In zo’n geval kan het aan te raden zijn een schuldherschikking of zelfs bescherming tegen schuldeisers te overwegen. Dyzo vzw kan je daar in bijstaan.
Wat bij een conflict met mijn energieleverancier?
Niet alleen particulieren, ook zelfstandigen, handelaars, vrije beroepen en kmo’s kunnen de Ombudsdienst Energie contacteren om een minnelijke regeling te vergemakkelijken voor een geschil met hun elektriciteits- of aardgasleverancier. Als je een geschil hebt over bv. facturen (voorschotfacturen of eindafrekeningen) of een verkeerd gelopen leverancierswissel dan kan je beroep doen op de Ombudsdienst. Dat kan ook in geval van geschillen met de netwerkbeheerder.Indien je een klacht indiende bij jouw leverancier en je ontving geen bevredigend antwoord na bv. meer dan 10 werkdagen in geval van betwisting van een factuur, dan kan je deze dienst inschakelen. De Ombudsdienst zal proberen om tot een minnelijke regeling te komen, maar dat is jammer genoeg niet altijd mogelijk. Na afloop van de bemiddelingsprocedure door de Ombudsdienst is nog steeds een gerechtelijke procedure mogelijk.
Zijn zonnepanelen interessant voor mij?
Veel ondernemingen investeerden reeds in zonnepanelen, maar toch blijft er nog een groot potentieel onbenut op daken van bedrijfsgebouwen. Zonnepanelen op bedrijfsdaken leveren tal van voordelen op. Er is de besparing op elektriciteitskosten die aanzienlijk is in tijden van hoge elektriciteitsprijzen, het bedrijf wordt minder afhankelijk van externe energieleveranciers, en het creëert een duurzaam en milieubewust imago. De zonnepanelen die op vandaag worden geplaatst garanderen een gebruikszekerheid tot 25 jaar.
Door de huidige, zeer hoge elektriciteitsprijzen, is de investering snel terugverdiend. Veel bedrijven kunnen de opgewekte zonne-energie direct verbruiken, wat de terugverdientijd nog korter maakt. Voor een zonnepaneleninstallatie bij een kmo, zeker vanaf een bepaald vermogen, contacteer je best vooraf een gespecialiseerde firma. Deze zal een voorafgaande studie uitvoeren, o.a. om de gevolgen voor het elektriciteitsnet te bekijken, informeert je maatgericht over eventuele overheidssteun, en biedt vaak verschillende unieke kmo-formules voor financiering en afbetaling.
Heb ik een omgevingsvergunning nodig als ik zonnepanelen laat plaatsen?
In Vlaanderen geldt meestal een vrijstelling voor het plaatsen van zonnepanelen op een hellend of plat dak als:
- de zonnepanelen geïntegreerd zijn in het dak
- ze enkele centimeters boven het bestaande dak gemonteerd worden
- de zonnepanelen op een plat dak niet hoger dan 1 meter boven de dakrand uitkomen
- ze ongeveer in de zelfde helling liggen als het dak zelf
Meestal heeft men geen omgevingsvergunning nodig om zonnepanelen te plaatsen op het dak, tenzij het zou gaan om een gebouw dat tot beschermd erfgoed behoort. Bij een zonnepaneleninstallatie op de grond is normaal gezien wel een omgevingsvergunning vereist.
Voorzichtigheidshalve raden wij aan om toch eerst vooraf te informeren bij de gemeente, want er zou eventueel een meldingsplicht kunnen bestaan.
Er zijn wel andere voorwaarden, zoals een keuring door een erkend controleorganisme en aanmelding bij de netbeheerder. En uw dak mag geen asbestdak zijn.
Hoe kan ik mijn energieverbruik in realtime monitoren?
Wie een digitale meter heeft, kan deze (laten) uitlezen. Dat kan op twee manieren.
1.Via de displays: raadpleeg hiervoor de handleidingen voor de digitale meters van Fluvius.
2.Via de twee lokale gebruikerspoorten P1 en S1.
- Via de P1-poort lees je je verbruik (in kWh), je actief vermogen (in kW) en enkele kwaliteitsgegevens seconde per seconde af.
- De S1-poort toont ruwe data aan een bijzonder hoge frequentie.
Beide poorten zijn geschikt om gedetailleerde verbruikersdata op te vragen en om huishoudelijke apparaten ‘slim’ aan te sturen. Je elektrotechnisch installateur kan hierbij helpen.
Er zijn ook voldoende toestellen beschikbaar op de markt die het energieverbruik in realtime kunnen monitoren. Een keuze maken tussen deze toestellen en welke in uw specifieke situatie het meest geschikt is, is niet eenvoudig. Laat je hiervoor bijstaan door uw elektrotechnisch installateur. Wees je er ook van bewust dat je een geruime tijd zal moeten monitoren. De uitdaging bestaat er vervolgens in om de data van de monitoring koppelen aan uw meta data, daar besluiten uit te trekken en de juiste beslissing te nemen. U laat zich hier best bijstaan door een vakman uit de elektro-sector.
De netbeheerder Fluvius ontwikkelde een handige online-toepassing, Mijn Fluvius, waarmee je je energieverbruik kan opvolgen. Deze applicatie werkt zowel voor aardgas als voor elektriciteit. De toepassing geeft uw verbruik weer, niet het bedrag in euro’s. Als je het verbruik in euro’s wil moet je een eenvoudige berekening maken aan de hand van het tarief dat je in die bepaalde periode betaalde voor elektriciteit en/of gas. Dat tarief vind je terug in je contract.
Forfait
Wanneer verdwijnt het bakkersforfait?
Het fiscale bakkersforfait, dat sinds 1971 bestaat, wordt afgeschaft per 31 december 2027. Dit systeem stelde bakkers in staat hun inkomsten te berekenen op basis van forfaitaire schattingen, gebaseerd op kosten van bakkerijgrondstoffen en doorverkoopartikelen. Vanaf 1 januari 2028 moeten alle bakkers hun werkelijke dagontvangsten aangeven in plaats van een geschatte omzet.
Wat verandert het einde van het forfait voor mij?
Vanaf 01/01/2028 moet u uw inkomsten aangeven op basis van werkelijke ontvangsten, en niet langer op basis van een veronderstelde omzet. U zult dagelijks de totalen van uw dagontvangsten (inclusief kastickets, webshopverkopen, automatenopbrengsten, etc.) moeten registreren in een dagontvangstenboek. Dit mag een fysiek boek zijn, of een elektronisch onveranderlijk dagontvangstenboek dat is goedgekeurd door de fiscus, zoals SCRADA.
Welke documenten moet ik bijhouden?
Dagelijks moet u een Z-totaal trekken van uw kassa, waarin de verkooptotalen zijn onderverdeeld naar btw-groepen (0%, 6%, 12%, 21%). Deze totalen moeten worden overgenomen in het dagontvangstenboek.
Elke vestiging moet een dagontvangstenboek bijhouden, dat op locatie beschikbaar is.
Als u meerdere verkooppunten heeft, moet er een centralisatieboek worden bijgehouden op de maatschappelijke zetel, waarin de dagontvangsten van alle verkooppunten per dag worden samengevoegd en uitgesplitst per btw-tarief.
U moet dagelijks alle kastickets en bewijsstukken van webshop- en automatenverkopen bewaren. Deze moeten minimaal 10 jaar worden bewaard, net als andere boekhoudkundige documenten zoals aan- en verkoopfacturen en bankafschriften.
Betekent dit een grote verandering voor mij?
Voor uw fiscaliteit verandert er vrijwel niets als u als eenmanszaak blijft werken. Alleen de manier waarop uw omzet wordt bepaald, verandert: van een theoretisch veronderstelde omzet naar de werkelijke omzet. In de meeste gevallen zal dit slechts minimale schommelingen in uw omzet en belastingen veroorzaken.
Moet ik overstappen naar een vennootschap?
Het is verstandig om nu alvast een vergelijking te maken tussen uw huidige situatie en de nieuwe regels. Zo kunt u beoordelen of u beter verdergaat als eenmanszaak, of dat het voordeliger is om uw onderneming om te zetten in een vennootschapsstructuur, zoals een Besloten Vennootschap (BV), Commanditaire Vennootschap (CommV), of Vennootschap onder Firma (VOF). Een BV wordt opgericht via een notaris en de cijfers worden openbaar gemaakt bij de Nationale Bank van België (NBB), terwijl de andere vennootschappen onderhands worden opgericht, zonder tussenkomst van een notaris.
Als uw zaak bloeit en winstgevend is, kan het voordelig zijn om te kiezen voor een vennootschap. Dit biedt mogelijkheden om uw inkomen te optimaliseren en te spreiden over de personenbelasting en vennootschapsbelasting. Bij een belastbaar inkomen van meer dan €48.320 per persoon, wordt iedere extra euro in de personenbelasting belast tegen 50%, plus gemeentebelasting en sociale bijdragen. Door over te stappen op een vennootschap kunt u echter tot 64-69% van uw winst behouden, wat een aanzienlijk verschil is.
Wacht niet te lang om dit te bespreken met uw fiscaal adviseur. Hij of zij kan u ook meteen meenemen in de voorbereidingen voor de verplichte e-facturatie, die ingaat op 1 januari 2026.
Kassa
Mag ik een elektronische betaling weigeren onder een bepaald bedrag?
Sinds 1 juli 2022 moeten alle ondernemingen, ongeacht hun grootte, in staat zijn hun particuliere klanten (consumenten) ten minste één elektronisch betaalsysteem aan te bieden. Het is niet toegestaan om bijkomende kosten aan te rekenen aan klanten die elektronisch betalen of een elektronische betaling te weigeren onder een bepaald bedrag. Ondernemingen kunnen wel de elektronische betaalwijzen variëren naargelang het bedrag, maar dat moet dan duidelijk zichtbaar zijn voor de consument (bijvoorbeeld met een affiche).
Mag ik cash geld weigeren?
Het is niet verboden om cash te weigeren. Ondernemer en consument kunnen volgens de huidige Europese regels perfect afspreken om niet cash te betalen. De voorwaarde is dat handelaars het duidelijk moeten afficheren zodat de consument het weet voor hij moet betalen.
Mag ik het totaalbedrag van het kasticket afronden?
Afronden van cashbetalingen tot op 5 eurocent is vandaag mogelijk, vanaf 1 december 2019 verplicht.
Afronding tot dichtstbijzijnde veelvoud van 5 eurocent:
- 1,2,6 en 7 eurocent wordt naar beneden afgerond,
- 3,4,8 en 9 eurocent wordt naar boven afgerond
De afronding gebeurt alleen op eindbedragen, nooit op individuele bedragen. Alleen in de situatie waarbij een klant één enkel item koopt, mag op die eindprijs wel afgerond worden. Betalingen met de kaart of met maaltijdcheques worden niet afgerond. Ook voor uitgestelde betalingen (overschrijving, domiciliëring, …) geldt de afronding niet.
Mag ik briefjes van 100, 200 en 500 euro weigeren?
Neen, dat mag je niet. Briefjes van 100, 200 en 500 euro zijn een wettelijk betaalmiddel en mogen gebruikt worden. Er is echter een uitzondering en dat is de regel van de redelijkheid. Wanneer het betaalmiddel niet in verhouding staat tot het aangekochte bedrag dan mag je als handelaar deze betaling weigeren. Iets van 2 euro betalen met een briefje van 500 euro is redelijk absurd en dat hoef je dus niet te aanvaarden. Het is aan te raden om in dit geval betaling via bancontact voor te stellen.
Per definitie betalingen met briefjes van 100, 200 en 500 euro weigeren mag echter niet en kan je dus beter ook niet op die manier uithangen in de winkel. Wanneer een klant hierover struikelt en klacht indient bij de FOD Economie zou dit wel eens nare gevolgen kunnen hebben.
Wat met de munstukken van 1 en 2 cent?
Muntjes van 1 en 2 cent blijven een wettelijk betaalmiddel. Ze worden niet buiten omloop gesteld en verliezen hun waarde niet. Ze kunnen nog altijd gebruikt worden. Ondernemingen mogen de muntjes van 1 en 2 cent niet weigeren als betaalmiddel voor zover ze in een redelijke hoeveelheid gebruikt worden (maximaal 50 muntstukken per betaling). Net zo goed mag een consument de muntjes van 1 en 2 cent niet weigeren als wisselgeld.
Mag ik betaling in muntstukken weigeren?
In principe is elke handelaar verplicht om elk euromuntstuk te aanvaarden. De euro is immers op basis van Europese richtlijnen een wettig betaalmiddel. 2 uitzonderingen Enkel in 2 welbepaalde gevallen mag de handelaar muntstukken of biljetten weigeren:
- De handelaar moet nooit meer dan 50 muntstukken voor één betaling aanvaarden
- Bij de biljetten 200 of 500 euro mag je een biljet weigeren als het een coupure bedraagt met een waarde van meer dan tweemaal de prijs van het aangekochte goed.
Buiten deze twee uitzonderingen ben je in principe verplicht om elke euro(cent) te aanvaarden waarmee wordt betaald.
Moet ik maaltijdcheques aanvaarden?
Met het oog op een goede dienstverlening is het aangeraden maaltijdcheques te aanvaarden, maar wettelijk verplicht is het niet. Als je liever geen maaltijdcheques aanvaardt moet je dit aanduiden door bijvoorbeeld een briefje aan de deur te hangen met de vermelding ‘Wij aanvaarden geen maaltijdcheques. Dank voor uw begrip.’
Personeel
Kan ik mijn eigen zoon of dochter inschakelen als jobstudent?
Dat kan zeker! Let wel op als je een eenmanszaak hebt: Als je vanuit een eenmanszaak een loon betaalt aan een jobstudent dan is dat een beroepskost. Als dat het loon is van je eigen kind dan kan dat kind niet tegelijk ook nog eens fiscaal ten laste zijn van jou.
Bij een eenmanszaak is er namelijk geen scheiding tussen privé en zaak, je zou dan twee keer belastingsvoordeel hebben. In een vennootschap stelt dit probleem zich niet, het loon is dan een kost voor de vennootschap en niet voor jou persoonlijk. In dat geval kan je zoon of dochter dus tegelijk loon ontvangen van je zaak en ook fiscaal ten laste blijven.
Hoe vaak moeten we op medische controle?
Het medisch attest voor iedereen die beroepsmatig in contact komt met voedingsmiddelen is niet langer verplicht. Controleurs van het voedselagentschap zullen dus niet langer om de attesten vragen. Wél bestaat nog steeds de jaarlijkse controle door een externe dienst voor preventie en bescherming op het werk. Deze controle verzekert het welzijn van de werknemer op de werkvloer.
Personen die onverpakt voedsel hanteren moeten uiteraard nog steeds medisch geschikt zijn om dit werk te doen. De werknemer blijft verplicht te melden aan zijn werkgever dat hij, omwille van een besmettelijke ziekte, niet met voedsel in contact mag komen. Het blijft de enkel de arts die kan bepalen of iemand door ziekte ongeschikt is om voedsel te hanteren of dat hij terug in contact mag komen met levensmiddelen. En ook de operator blijft onveranderd verantwoordelijk voor de veiligheid van het voedsel dat hij in de handel brengt.
Voor werkgevers
Als werkgever moet je enkel een medische attest 'geschikheid hantering levensmiddelen' kunnen voorleggen. Dit is 3 jaar geldig en kan door de huisarts afgeleverd worden. Zoals hierboven beschreven vind je op de Kant & klaar-pagina een voorbeeld van een attest.
Plastic zakjes
Mogen we plastic zakjes gratis meegeven aan de klanten?
Het Vlaams verbod op het gratis verdelen van lichte plastic kassazakjes is gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad, nl. in het Belgisch Staatsblad van 7 juni 2019. Aangezien het verbod in werking treedt vanaf de tiende dag na de publicatie in het Belgisch Staatsblad, is het verbod vanaf 7/6/19 effectief van kracht.De verbodsregeling in Vlaanderen kan als volgt geformuleerd worden:
Het is in Vlaanderen verboden om gratis lichte plastic kassazakken te verdelen bij aankopen in de detailhandel.
- Voor bestaande voorraden die aangekocht werden voor het verbod wordt het gratis uitdelen nog toegelaten tot 6 maanden na de inwerkingtreding van het verbod. Het verbod werd gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 7 juni 2019 en trad in werking vanaf de tiende dag na de publicatie in het Belgisch Staatsblad.
- Het verbod geldt voorlopig enkel voor plastic zakjes met dikte van 15 à 50 micron.
- Zeer lichte plastic zakjes dunner dan 15 micron (die soms gebruikt worden aan de groenten of fruitafdeling), alsook de zwaardere plastic tassen van 50 micron en meer, worden (nog) niet geviseerd.
- Wanneer er toch lichte plastic draagtassen worden aangeboden, moet de bijdrage die de consument daarvoor betaalt, zichtbaar gemaakt worden. Dit kan zowel op het kassaticket als door te afficheren in de verkoop ruimte.
De Corona periode heeft niets gewijzigd aan het verbod. Bakkers die toch nog plastiek zakken gebruiken en hiervoor een bijdrage vragen aan hun klanten moeten dit aangeven in hun omzet. Afbreekbare tassen zijn geen plastiek tassen en worden door dit besluit niet geviseerd.
Reclame
Iedereen gebruikt tegenwoordig de termen ‘artisanaal’ en ‘ambachtelijk’ in zijn reclame, ook de supermarkten. Kan dit zomaar?
Ja en neen. De termen ‘ambachtelijk’ en ‘artisanaal’ zijn bij niet beschermd. Iedereen die ambachtelijke of artisanale producten maakt, kan deze termen dus gebruiken.
Als die termen in advertenties e.d. gebruikt worden moeten natuurlijk ook effectief ambachtelijke of artisanale producten gemaakt worden. Anders is er sprake van misleidende reclame (Artikel 88 van de Wet Marktpraktijken). Met misleidend wordt bedoeld het verstrekken van onjuiste informatie over de samenstelling van het product, de aard van het product, de voornaamste kenmerken van het product, het procedé van fabricage, enz.
Hier wringt het schoentje, want er bestaat geen juridische definitie van ambachtsman in België. Zolang niet is vastgelegd wat een ambachtelijk productieproces inhoudt, kan iedereen stellen dat er ambachtelijk geproduceerd wordt. Ook de supermarkten.
Reprobel
Hoeveel vergoeding moet ik betalen?
Maak je fotokopieën van auteursrechtelijk beschermde werken en uitgaven? Dan moet je daarvoor in principe een reprografievergoeding en wettelijke uitgeversvergoeding betalen aan de beheersvennootschap Reprobel. Die twee geldsommen garanderen dat auteurs en uitgevers erkend worden voor hun werk.
Bijkomend moet je ook rekening houden met een vergoeding als je documenten afprint, inscant, digitaal kopieert vanop het internet of vanuit een beschermde bijlage bij een mail (bv op een harde schijf, tablet, smartphone), digitaal intern verspreidt (bv via intranet, Zoom/Teams), digitaal extern communiceert (bv via mail aan een klant, opdrachtgever, raadsman), in een Powerpoint-presentatie verwerkt of digitaal archiveert.
Anders gezegd, in principe heb je daar vooraf de toestemming nodig van de rechthebbende, ongeacht de bron en de wijze van communicatie (papier of digitaal). In plaats van telkens toestemming te moeten vragen aan elke rechthebbende afzonderlijk, biedt Reprobel de mogelijkheid om je met één licentie voor de prints én het digitale hergebruik van beschermde werken in orde te stellen en zo onbeperkt auteursrechtelijk beschermde documenten te reproduceren en te delen binnen de licentiegrenzen.
U betaalt jaarlijks een vast bedrag voor uw Reprobel licentie, afhankelijk van uw bedrijfsomvang en de sector waarin u actief bent (de vermelde bedragen zijn exclusief BTW):
• Onderneming zonder personeel: tussen 35 en 45 euro per jaar
• Onderneming met max. 4 personeelsleden: tussen 50 en 85 euro per jaar
• Onderneming met 5 of meer personeelsleden: basisvergoeding van 25 euro per jaar en een vergoeding tussen 12 en 25 euro per relevant personeelslid in voltijdse equivalent (doorgaans uw bedienden)
Uw licentie aanvragen? contracten@reprobel.be
Beroepsvoorwaarden ijsbereider
Verkopen en bereiden van ijsroom
Het verkopen en bereiden van ijsroom is geen gereglementeerd beroep. Je dient geen beroepskennis te bewijzen. Daarnaast zal je een voedselvergunning moeten aanvragen en een leurkaart indien je ijsroom op de openbare weg verkoopt. Het is ook mogelijk dat je een omgevingsvergunning moet aanvragen.
Webshop
Moeten kortingsacties offline en online hetzelfde zijn?
Een webshop en een fysieke winkel kunnen aanzien worden als twee verschillende verkooplocaties. De regels rond prijsaanduiding en solden moeten per locatie toegepast worden. Dat wil zeggen dat je dus andere prijzen of kortingen mag hanteren in jouw webshop dan in je fysieke winkel. Het is wél belangrijk om daarover duidelijk te communiceren, klanten moeten goed geïnformeerd worden welke prijs of korting waar geldt.
Opgelet: Als je webshop enkel functioneert als online besteltoepassing voor producten die nadien dan afgehaald worden in de fysieke winkel, dan is er geen sprake van twee verschillende locaties. In dat geval is de locatie altijd de fysieke winkel en moeten dus dezelfde prijzen en kortingen gelden.
Betalingen via mijn webshop. Welke nieuwe regels gelden?
Tegen het einde van dit jaar zal een klant op jouw webshop enkel nog kunnen betalen, door een combinatie in te geven van minstens 2 van de volgende 3 elementen:
iets dat de klant weet (bijvoorbeeld een pincode)
iets dat de klant bezit (bijvoorbeeld een bankkaart of kredietkaart)
iets dat de klant eigen is (bijvoorbeeld een vingerafdruk)
De klant zal dus niet langer in staat zijn om bijvoorbeeld te betalen met een kredietkaart, louter door het nummer van de kredietkaart en de CVC - code (de driecijferige code op de achterkant van de kredietkaart) in te geven. Als je zo'n betalingsmogelijkheid aanbiedt op jouw webshop, dan zal je die dus moeten vervangen door de combinatie van het kaartnummer van de kredietkaart en de pincode. Of een vingerafdruk en een pincode. Of het kaartnummer en een vingerafdruk. Met andere woorden: minstens 2 van de 3 bovenstaande elementen. De nieuwe regels gelden vanaf 17 november 2020.
Als je niet zeker bent dat alle betaalmethoden op jouw webshop voldoen aan de nieuwe regels, dan neem je best contact op met de provider van de betaalmodule op jouw webshop, om na te gaan of er aanpassingen nodig zijn aan je huidige betaalsysteem en plan deze op tijd in!
Wegenwerken
Mijn zaak is tijdelijk onbereikbaar vanwege wegenwerken. Heb ik recht op een vergoeding?
Ja. De steunmaatregelen vallen uiteen in twee delen: een vast bedrag van € 2000 (de hinderpremie) en een vergoeding van € 80 per sluitingsdag (de sluitingspremie).
De vaste hinderpremie van € 2000 wordt enkel gegeven aan de ‘klassieke’ detailhandelaars en horecazaken die in de werfzone gelegen zijn. Zij worden automatisch geselecteerd op basis van de gegevens over de werfzone en de registratie in de ondernemersdatabank. Als achteraf blijkt dat zij ook nog hun zaak moeten sluiten, kunnen ze daarvoor vanaf de 22ste sluitingsdag een tegemoetkoming van € 80 per dag bovenop krijgen.
Zelfstandigen die buiten de werfzone liggen, of vrije beroepers en zelfstandigen die het minder van toevallige passanten moeten hebben en ook met hinder te maken hebben, hebben enkel recht op de tegemoetkoming van € 80 per dag, vanaf de 8ste sluitingsdag.
Winkel
Ik wil mijn handelszaak langer openhouden. Wat zijn de maximum toegelaten openingsuren?
Je overweegt je zaak voortaan langer open te houden, maar hoe ver mag je daar in gaan. Dit zijn de spelregels.
Als algemeen principe geldt dat je van maandag tot donderdag de deuren mag openen van 5u ’s ochtends tot 20u ’s avonds. Op vrijdagen en werkdagen die een wettelijke feestdag voorafgaan, mag je tot 21u open blijven. Valt de wettelijke feestdag op een maandag, dan mag je op de zaterdag ervoor tot 21u open blijven. Buiten die uren moet je zaak in principe gesloten blijven.
Mag ik mijn winkel 7 dagen per week openhouden?
Ja, indien u 50% van uw productie zelf kneed en bakt mag u 7 dagen per week open zijn. In alle andere gevallen moet je minstens 1x maal per week 24 uur gesloten zijn en mag er geen commerciële activiteit verricht worden. De gekozen rustdag moet minstens 6 maanden dezelfde blijven.
Wegenwerken in mijn straat. Wat nu?
Zijn er wegenwerken voor je deur? Is je winkel voor een lange periode onbereikbaar voor het verkeer? Dan kan je op financiële steun rekenen van de Vlaamse en federale overheid om het inkomstenverlies te beperken. Er zijn 3 maatregelen:
- 1. Waarborgregeling (Waarborgbeheer NV)
- 2. Rentetoelage voor kmo's (Agentschap Ondernemen)
- 3. Inkomenscompensatievergoeding (het federale Participatiefonds)
Meer info op de website van Wegen en verkeer
Zout
Waarom wordt aangeraden om jodiumzout gebruiken?
De Belgische bevolking kampt met een mild jodium tekort. Daarom beveelt de Hoge Gezondheidsraad het gebruik van gejodeerd zout aan. Zout is een goedkope en gemakkelijke drager van jodium en brood wordt door zo goed als de ganse bevolking dagelijks gegeten. Goed voor de bakkers, want we leveren een aantoonbare bijdrage aan het welzijn van onze klanten.
Wat is het wettelijk zoutgehalte van brood en pistolets, enz.?
De wetgeving op het zoutgehalte is gebaseerd op het KB van 2/9/85 en dat spreekt over brood en bakkerijproducten. Daaronder moet je dus ook pistolets, stokbroden, enz. verstaan. Het wettelijk zoutgehalte is 2% op de droge stof of 1,7% op de bloem.