HELP, HET FORFAIT VERDWIJNT! MOET IK ALS BAKKER NAAR EEN VENNOOTSCHAP OVERSTAPPEN?

Help, het forfait verdwijnt! Moet ik als bakker naar een vennootschap overstappen?

Help, het forfait verdwijnt! Moet ik als bakker naar een vennootschap overstappen?

Naar aanleiding van een fiscaal-economische uiteenzetting voor de Bakkersbond Oost-Vlaanderen d.d. 30 september, spraken we met Carl Theys, adviseur voor familiale ondernemers in de bakkerijsector, over de impact van het verdwijnen van het forfaitaire systeem voor bakkers vanaf 1 januari 2028.

Fiscaal gezien kunnen bakkers als eenmanszaak hun inkomsten op twee manieren aangeven:

  • Werkelijke dagontvangsten en verkoopfacturen.
  • Via een vereenvoudigd systeem, het zogenaamde bakkersforfait, dat sinds 1971 van kracht is. Dit forfait wordt jaarlijks aangepast aan de marktomstandigheden, op basis van afspraken tussen het Ministerie van Financiën en de nationale bakkersfederatie. Het aankoopbedrag van bakkerijgrondstoffen en doorverkoopartikelen vormt de basis voor deze forfaitaire belastingheffing.

Vanaf 01/01/2028 zullen vrijwel alle forfaitaire belastingstelsels verdwijnen. Het systeem waarbij een veronderstelde, en dus geschatte, omzet wordt berekend op basis van diverse parameters, coëfficiënten, afspraken en berekeningsmethoden, zal tot het verleden behoren.
 

Carl, moeten bakkers nu vrezen voor het verdwijnen van het forfait?


Carl Theys: “Het forfaitaire stelsel wordt inderdaad steeds zeldzamer en sluit steeds minder aan bij de realiteit van moderne bakkers, zeker met de groei van digitale betalingen. Bij een fiscale controle vergelijkt de fiscus nu eenvoudig de stortingen op uw zakelijke rekening met de forfaitair berekende omzet. Dit leidt vaak tot problemen voor bakkers, vooral als hun werkelijke omzet hoger is dan het forfait toelaat.”


Wat raadt u aan voor bakkers die met dit probleem worden geconfronteerd?


Carl Theys: “Er zijn eigenlijk drie belangrijke opties:

  1. Omzetverhoging met een hoger belastbaar inkomen.
  2. Maximaal investeren om het belastbaar inkomen te verminderen.
  3. Overschakelen naar een vennootschap.

Voor de meeste bakkers in een eenmanszaak werken we in drie fasen: eerst investeren in het atelier, winkel en administratie, dan de bakkerij verkopen aan een nieuw opgerichte vennootschap, en vervolgens cashflow genereren binnen die vennootschap.

Bij de oprichting van de vennootschap verkoopt de bakker-eenmanszaak zijn handelsfonds aan de nieuw opgerichte vennootschap en op die manier heeft die vennootschap een schuld ten aanzien van de bakker-verkoper (in het vakjargon een ‘rekening courant credit’).

Deze vennootschap betaalt op een belastingvriendelijke manier de schuld aan de bakker-verkoper terug, terwijl de gerealiseerde winsten na belasting als reserve kan worden opgebouwd en later uitgekeerd kan worden als dividend aan verlaagde roerende voorheffing. In praktijk aan een totale belastingdruk van 31% à 35% wat een pak lager dan 50% en meer in de eenmanszaak.


Kunt u een concreet voorbeeld geven van hoe investeren in een eenmanszaak voordelig kan zijn?


Carl Theys: “Zeker. Stel dat u op 1 december 2024 software en hardware voor uw kassa koopt voor €10.000. In een vennootschap schrijft u dat af over vijf jaar, wat een afschrijving van €2.000 per jaar betekent. Daarnaast krijgt u een investeringsaftrek van 15,5%, wat neerkomt op €1.550. Dit wordt in mindering gebracht tegen het vennootschapsbelastingtarief van 20% of 25%.”

“In een eenmanszaak kunt u kiezen voor lineaire of degressieve afschrijving. In het meest gunstige geval kan dit betekenen dat u tot €5.550 in mindering brengt tegen een marginaal tarief van 53% in de personenbelasting, plus een besparing op de sociale bijdragen van 20,5%. Dit kan oplopen tot een belastingbesparing van ongeveer €3.300.”

Stel dat u in 2025 uw eenmanszaak stopzet en uw handelsfonds verkoopt, dan kunt u de bovenstaande investeringen verkopen aan uw vennootschap. De stopzettingsmeerwaarde op het materieel vast actief, zoals bijvoorbeeld de kassa, zal dan slechts belast worden tussen de 16,5% en 20%. Dit is dus aanzienlijk lager dan wat u in december 2024 bespaard hebt.


Speelt leeftijd een belangrijke rol bij de keuze tussen een eenmanszaak of vennootschap?


Carl Theys: “Absoluut. Als u in de buurt bent van uw pensioen, bijvoorbeeld eind de 50, blijft u meestal in een eenmanszaak. Maar vanaf 60 jaar is het erg interessant om uw handelsfonds te verkopen, aangezien de meerwaarde dan slechts belast wordt aan 10% in plaats van de gebruikelijke 16,5% of zelfs 33%.”


Heeft u nog een laatste tip voor ondernemers die overwegen om over te stappen naar een vennootschap?


Carl Theys: “Ja, voor ondernemers die weinig moeten investeren of een laag risicoprofiel hebben, is het soms beter om een “goedkope” vennootschap zoals een commanditaire vennootschap (CommV) of vennootschap onder firma (VOF) op te richten. Hierbij hebt u geen notaris nodig, geen financieel plan, en u hoeft geen jaarrekening te publiceren. Het is dus veel goedkoper dan een klassieke besloten vennootschap (BV).”


Kortom, is de vennootschap het beste middel voor kapitaalopbouw?


Carl Theys: “In veel gevallen wel, maar het vereist ook meer administratie en striktere regelgeving. Voor bakkers is het vaak even wennen in het begin. Daarom raad ik aan om u te laten omringen door capabele, betrouwbare en betrokken specialisten. Zorg ervoor dat u alles begrijpt en stel gerichte vragen.”


Contact 

Carl Theys
carl@theysconsult.be - 0477 77 40 40