De Beste Bakker van Vlaanderen is verkozen. Onze jury onder leiding van culinair journalist Chris Snick trok twee dagen lang door Vlaanderen om croissants, boterkoeken, rijsttaarten, eclairs, suikerbroden, sandwichen, stokbroden, pistolets, zuurdesembroden, koekjes en allerhande fijne patisserie te proeven. Nadat al dat lekkers gezakt was, haalden ze de puntenlijst boven en wezen ze Brood en Banket Geldhof uit Roeselare aan als dé winnaar. Een plek waar jong én oud én taarten én wijn hand in hand gaan.
“Je bent nooit te oud om te leren.” Onder dat motto runt Kurt Geldhof (58) samen met zijn vrouw Ann Bril (53) en dochter Louise (23) de bakkerij. Op zijn 58ste denkt hij dus nog niet aan uitbollen, twee keer per jaar trekt hij zelfs naar het buitenland om verder bij te scholen. “En is er op reis een bakker in de buurt, dan ga ik er kijken hoe die werkt. Blijven openstaan voor iets nieuws. Dat moet je doen.” En zo stapte dochter Louise ook in de zaak en geeft ze wijnadvies bij de taartjes.
De zaak begon al in 1955 toen Kurts vader Gerard Geldhof een broodbakkerij startte. “Enkel brood, niets anders. Een winkel had hij ook niet, elke dag bracht hij honderden broden aan huis. En dat allemaal met de triporteur, zo'n bakfiets. Winter of zomer.”
In 1986 nam Kurt de zaak over en vandaag is er meer dan alleen maar brood. Veel patisserie, koffiekoeken, eigen ijs én de wijn van dochter Louise die studeerde voor sommelier en voor wie dat wenst ook de juiste wijnen verkoopt bij de taarten. “Dat is de uitdaging voor de toekomst”, zegt Kurt. “Jong en oud combineren. Van elkaar leren. En ook leren hoe je met elkaar werkt. Binnenkort komt er een managementscoach langs om het daar nog eens over te hebben. Personeel heeft andere wensen als pakweg 20 jaar geleden. Het zoeken naar de balans tussen werk en privé is niet meer te vergelijken met toen. Generaties veranderen nu eenmaal. Ik vind het belangrijk om daar rekening mee te houden. Dat moet je ook als je nog mensen wil vinden binnen deze stiel, wat niet vanzelfsprekend is.”
“En ook bij je klanten moet je rekening houden met iedereen. De ene komt voor brood, de andere voor de koeken, nog een andere voor de taarten. Er moet voor elk wat wils zijn. En het moet allemaal top zijn. Enkel als het goed is, dan verkopen we. Ik werk alleen maar met de beste producten, zoals hoevemelk, goeie boter, lekkere vanille. We hebben zelfs eens voor onze boterkoeken rozijntjes uit verschillende landen zitten vergelijken om toch maar de beste te hebben.”
Hoe je het ook draait of keert, alles begint met een goeie basis volgens Kurt. “Je kan en moet vernieuwen, maar je moet daarom het begin van alles niet uit het oog verliezen. Brood is dé basis van elke bakker. Daarvoor komen mensen uiteindelijk toch het vaakst naar de winkel. Zorg dat ze een lekkere boterham kunnen kopen. Voor de vaste klanten van weleer maak ik zelfs nog het brood van mijn vader. Hetzelfde met de patisserie. We hebben tal van taartjes: groot, klein of verfijnd, maar bij een bakker moet er toch ook altijd een goeie eclair liggen. Met de beste pudding vanbinnen en lekkere chocoladefondant erbovenop.”
“De klanten proberen soigneren, dat doen we ook”, zegt dochter Louise. “Soms al eens met iets speciaals. Voor ons vijftigjarig bestaan hadden we een wedstrijd waarbij de winnaar een jaar lang gratis met een Mini Cooper kon rijden. Of met Pasen verlootten we een groot chocoladekonijn aan de klanten. We kunnen onze klanten ook niet genoeg bedanken voor de vele stemmen die ze ons nu gaven. En natuurlijk ook ons team. Zonder hen is al dit lekkers er niet of ligt het ook niet mooi in de winkel.”